zondag 18 mei 2014

KRO Brandpunt over Joris Demmink

De zaak rondom Joris Demmink zal uitgebreider worden onderzocht door het Openbaar Ministerie. Dit had het Openbaar Ministerie bevestigd aan KRO Brandpunt (bron). Oorspronkelijk richtte het onderzoek zich alleen op de aangiftes van twee Turkse jongens (die inmiddels volwassen zijn, maar toen het mogelijke misbruik zou hebben plaatsgevonden nog minderjarig waren). Nu worden ook de klachten van chauffeurs meegenomen in het onderzoek. Naar verluid zal dit onderzoek nog een jaar in beslag nemen (bron). 

Uitzending van KRO Brandpunt over Joris Demmink
Het begin van de uitzending van KRO Brandpunt opent met beeldmateriaal waarin Micha Kat aan Joris Demmink vraagt wanneer hij voor het laatst een kind heeft misbruikt. De meeste journalisten zouden zo niet opereren, maar Micha Kat is een vreemde eend in de bijt. Persoonlijk zou ik zo niet opereren, aangezien je daar aardig wat mensen in het harnas mee kan jagen. Verder komt dit ook niet je reputatie te goede. Er kwam ook beeldmateriaal voorbij dat JDTV (Eric Donk) Joris Demmink de vraag stelt of er een kern van waarheid in de aantijgingen jegens hem zit. Hier ontkende Joris Demmink dat de aantijgingen jegens hem waar zijn. KRO Brandpunt had het over 2003 als jaar dat Joris Demmink voor de eerste keer echt in opspraak was vanwege het Gaykrant/Panorama stuk over het Anne Frankplantsoen. Dit is feitelijk juist, maar er zijn vermoedens zoals ik hier al schreef dat Joris Demmink mogelijk al in 1998 in opspraak kwam vanwege het vragen naar kinderen (en het mogelijk smokkelen van kinderen) aan de bekende kinderpooier Lothar Glandorf. Al kunnen deze vermoedens nog niet hard worden gemaakt. 

KRO Brandpunt had de gespreksverslagen over de gesprekken met Demmink van Henk Krol gekregen. Wat enigszins nieuw voor mij was is dat Demmink denkt dat er mensen zijn die homofoob zijn en hem daarom beschuldigen van de meest verschrikkelijke dingen. Ik acht dit niet onmogelijk, maar wel onwaarschijnlijk gezien het groot aantal mensen die hem afzonderlijk beschuldigen van deze dingen. Oud-gevangenisdirecteur Jacques van Huet had het over het bezoek van Joris Demmink aan de beruchte Pinokkio-bar in Praag. Hij vertelde erbij dat iedereen met het vliegtuig naar Praag ging, maar Joris Demmink ging daar met zijn dienstauto (de blauwe Ford Scorpio) naar toe. In KRO Brandpunt werd ook ingegaan op het ex-vriendje van Joris Demmink, Libor Čtvrtlík die in homopornofilms speelde. Er werden stukjes van een film van hem getoond waarin hij 'zijn' werk deed als pornoacteur. Oud-zedenrechercheur Jaap Hoek zei dat naar zijn idee dat die jongens in die film niet meerderjarig waren, maar dat ze in de twijfelcategorie vielen van 16-17 jaar. 

Ook Tjeerd Postma kwam aan het woord. Een paar chauffeurs hadden klachten over Joris Demmink en die klachten werden doorgegeven aan Tjeerd Postma. De eerste klacht ging over het gedrag van Joris Demmink die chauffeur Dijkman tot diep in de nacht liet wachten bij een uitgaansgelegenheid in de Kazernestraat, waardoor die chauffeur zich onprettig behandeld vond door Joris Demmink (bron). De tweede chauffeur vertelde dat Joris Demmink in een achterbuurt in Brussel een jongen oppikte en daarmee vervolgens gemeenschap had op de achterbank waar de chauffeur dit kon zien vanuit de achteruitkijkspiegel. Verder werd voordat Joris Demmink in 2002 tot secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie werd benoemd ook Tjeerd Postma gehoord door de rijksrecherche over de geruchten rondom Joris Demmink. Postma vermoedde dat de rijksrecherche weinig tot niets had gedaan met zijn verklaringen, omdat Joris Demmink werd benoemd. Joris Demmink zei dat een dergelijke screening enkele dagen zou duren, maar in zijn geval duurde dit maanden omdat naar eigen zeggen tientallen mensen hem de nek wilde omdraaien. Ik zag ook Micha Kat weer voorbij komen die volgens KRO Brandpunt zijn levenswerk heeft gemaakt om Joris Demmink veroordeeld te krijgen. Micha Kat is soms echt de weg kwijt, maar wel een van de mensen die steeds aandacht vroeg voor deze zaak. Verder kwam Klaas Langendoen ook nog even aan het woord. Hij had namelijk die Turkse jongens gehoord. Tenslotte kwam de woordvoerder van het Openbaar Ministerie aan het woord. 

Mijn conclusie over de aflevering van KRO Brandpunt
Zelf heb ik niet veel nieuwe dingen voorbij zien komen, maar voor vele mensen is dit wel nieuwe materie. Ik ken een aantal mensen die nogal verbijsterd zijn als ik ze ga vertellen wat hier zich momenteel afspeelt. Dit heeft een ver van mijn bed show gehalte volgens die mensen. Ik heb het al een paar mensen moeten uitleggen, maar die wisten niet wat hun overkwam toen ik het hele verhaal ging uitleggen. Om een uitspraak van Alberto Stegeman te gebruiken. Dat dit kan in Nederland!

dinsdag 15 april 2014

Bewegingen rondom Joris Demmink

De gebeurtenissen rondom Joris Demmink zijn de laatste tijd bijna niet meer te volgen. Als je zin zou hebben, dan zou je er bijna een dagtaak aan kunnen hebben. Ik ben niet bepaald in die positie, omdat een aantal dingen voor mij in het leven veel belangrijker zijn. Daardoor kan er soms redelijk wat tijd tussen zitten voordat ik iets kan bloggen. Een mogelijke andere reden is dat het mij niet lukt om wat op papier te krijgen, ondanks dat ik veel nadenk over dingen die ik kwijt wil. Mijn hoofd is soms een rommeltje van allerlei losse gedachten die geen geheel met elkaar kunnen vormen.

Peter R. de Vries en Hans Bakker
Voormalig misdaadverslaggever Peter R. de Vries kwam met deze tweet op 6 april dat hij morgen meer zou komen. Ik was nogal nieuwsgierig net als vele anderen wat dit nou zou kunnen zijn. Uiteindelijk kwam hij met een interview met Hans Bakker, de chauffeur van onder andere Joris Demmink aanzetten. Het opmerkelijke aan dit interview was dat hij een vermeend geschreven brief van Henk Krol had bewaard, wat best opvallend was, aangezien hij nooit kon weten dat Joris Demmink jaren later in de penarie zou raken door juridische procedures. Verder kwam naar voren dat hij ontkende dat Joris Demmink zich schuldig had gemaakt van seksueel misbruik en dat hij dit anders zou hadden opgemerkt. Hans Bakker zou voor mij zeker gehoord moeten worden onder ede, aangezien zijn verklaring onder ede is tegengesproken door Tjeerd Postma (hoofd Facilitaire Zaken). Tjeerd Postma verklaarde dat Joris Demmink in Brussel volgens Hans Bakker behoorlijke gênante handelingen verrichte met een jongen in de dienstauto in Brussel die hij in een achterstandswijk had opgepikt. Tjeerd Postma deed niks met dit verhaal omdat Hans Bakker niks deed met het verhaal. 

Op 7 April verschenen Peter R. de Vries en Hans Bakker bij Pauw & Witteman. In dit fragment zie je Peter R. de Vries en Hans Bakker praten over het interview. Ik was oorspronkelijk van plan om niet te gaan kijken, aangezien ik verwachte dat Peter R. de Vries zich weer arrogant en egocentrisch zou gaan gedragen. Uiteindelijk trok Hans Bakker mij min of meer over de streep om toch te gaan kijken. Het duurde redelijk lang, maar toen kregen Hans Bakker en Peter R. de Vries hun tijd. Wat mij aan Hans Bakker opviel was dat hij nogal nerveus overkwam, maar dat zou ook kunnen komen door de setting en dat hij niet gewend is dat hij in een televisieprogramma moet verschijnen.

Peter R. de Vries kreeg het helaas weer voor elkaar om zich als de allesweter te presenteren. Hij zei dat hij bijna drie maanden onderzoek had gedaan en dat hij geen enkel bewijs had gevonden. Tja, als hij het zegt, dan zal het wel zo zijn. Wat een flauwekul van Peter R. de Vries. Hij heeft alleen wat dossiers doorgenomen en een interview met Hans Bakker gedaan. Lekker makkelijk om te concluderen dat er niks is tegen Joris Demmink. Er zijn namelijk wel genoeg feiten en omstandigheden om Joris Demmink als verdachte in de zin van art. 27 Sv aan te merken. Dit is een knap ingewikkeld dossier en het is te makkelijk om te zeggen of Joris Demmink zich wel of niet schuldig heeft gemaakt aan seksueel misbruik en die andere aantijgingen. Tenslotte had hij het over de complotmaffia. Dit is een harde uitspraak uit de mond van Peter R. de Vries. Ik vind het belachelijk dat hij deze uitspraak had gedaan, omdat hij niet inziet dat hij in feite tegen een grondig en gedegen onderzoek naar de beschuldigingen jegens Joris Demmink is. Peter R. de Vries is niet het Openbaar Ministerie of de rechter door te zeggen dat er geen bewijs is tegen Joris Demmink. Het enige wat ik vraag is een grondig en gedegen onderzoek naar de beschuldigen tegen Joris Demmink. Het is werkelijk een schande dat er in al die jaren geen onderzoek was gekomen naar Joris Demmink en deze zware beschuldigingen. De Nederlandse rechtstaat heeft onnodig schade opgelopen door de boel af te houden. Geeft Peter R. de Vries eigenlijk wel iets om de Nederlandse rechtstaat?  

Joris Demmink en Suriname
Al een tijdje volg ik de blog van Natascha Adama. Zij schrijft vooral over de dingen die zich in Suriname afspelen of zich afspeelde. Ik ben zelf nog steeds mijn kennis aan het bijvullen over Joris Demmink en Suriname, maar ik had het gevoel dat zij van meer zou kunnen weten. Mijn gevoel had mij niet in de steek gelaten, want onlangs schreef Natascha Adama een stukje over Joris Demmink en Suriname. Er zijn dingen die niet nieuw voor mij waren, maar toch zijn er dingen die mij enigszins hebben verrast. In haar blog schreef Natascha Adama dat Joris Demmink mogelijk geen gehoor gaf aan het verzoek van de Nederlandse ambassadeur in Suriname, Max Vegelin van Claerbergen (gedetacheerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken) om Hans Valk terug te roepen en tegen hem op te treden. Dit lukte ook niet omdat Hans Valk onder het ministerie van Defensie viel. Het ministerie van Defensie was het ministerie die bevoegd was om Hans Valk terug te roepen en te berispen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken had die mogelijkheden niet. Hierdoor ontstond voor Hans Valk een machtsvacuüm waarin hij zijn gang kon gaan. 

Volgens Natascha Adama bleef nog steeds onduidelijk wie die persoon was die Hans Valk steeds het hand boven het hoofd bleef houden. Ze had wel de nodige stukken doorgenomen, waaronder het rapport waarin de inmenging van Hans Valk in de Surinaamse aangelegenheden werd besproken. Verder had ze onder andere gesproken met Hans van Mierlo en andere betrokkenen. Er zijn nog een aantal onduidelijkheden, maar ik zie dat de puzzelstukjes langzamerhand op zijn plaats beginnen te vallen. 

Henk Krol
Henk Krol werd vrijdag 11 april 2014 onder ede gehoord. Dit verhoor ging onder meer over het artikel waarin ene Joris Demmink van seksueel misbruik werd beschuldigd. In het verhoor van Henk Krol zag ik veel bekende dingen voorbij komen zoals de ontmaskering van Fons Spooren als bezoeker van het welbekende Anne Frankplantsoen te Eindhoven waarin hij klant was van jongensprostituees. Naar aanleiding van deze ontmaskering kwam Joris Demmink in beeld. Een van de opmerkelijke feiten is dat Jan Wolter Wabeke volgens Henk Krol hem een porno-dvd gaf met de boodschap dat hij die had gekregen van Joris Demmink en dat Joris Demmink deze cadeau had gegeven met de boodschap dat zijn Tsjechische vriendje erin speelde. De vraag is of er sprake zou kunnen zijn van kinderporno, aangezien dat vriendje nogal jong was en de leerlingen die daarin speelde ook erg jong overkwamen. Verder zou volgens Henk Krol de pas van Joris Demmink in het Anne Frankplantsoen zijn gevonden. Verder was dit meer een bevestiging van wat ik al wist. Gaykrant en Panorama (onder meer wijlen Fred de Brouwer) gingen verder speuren in Praag bij de Pinokkio-bar waar een portier en de eigenaar bevestigden dat Joris Demmink een bezoeker was van die bar waarin ook minderjarige jongens zichzelf mogelijk prostitueerde. Uiteindelijk wordt dit artikel gepubliceerd en dan begon voor Henk Krol het hele circus. Joris Demmink zou Henk Krol hebben opgebeld en hebben voorgesteld om elkaar te ontmoeten. Joris Demmink zou aan hem hebben verteld dat de BVD alles had onderzocht en dat hij het slachtoffer was van roddels vanwege zijn geaardheid. Henk Krol bood hem een interview aan, maar uiteindelijk onder zware druk moest hij een hoofdredactioneel commentaar schrijven waarin hij afstand moest nemen van enkele bronnen. Henk Krol gaf bij het verhoor aan dat hij hier nooit had moeten instemmen. 

Emile Broesma
Bij het verhoor van oud-politieman Emile Broesma die in de jaren negentig hoofd van de afdeling terrorisme en bijzondere taken van de CRI, de voorloper van het KLPD was, deed hij in eerste instantie een beroep op zijn verschoningsrecht. Dit beroep werd door de rechter-commissaris verworpen omdat waarheidsvinding zwaarder weegt dan het verschoningsrecht van de getuige. Toen begon het echt smeuïg te worden, aangezien Emile Broesma destijds hoofd was van het observatieteam van de CRI. Hij begon te verklaren dat Joris Demmink wel degelijk een van de vier verdachten was in het Rolodex-onderzoek. De andere drie verdachten waren de drie hoofdofficieren van justitie Jan-Wolter Wabeke, Hans Holthuis en Henk Wooldrik. Broesma moest het viertal gaan observeren. Hij trof daar ook voorbereidingen voor, maar de hele operatie liep al heel gauw stuk omdat er gelekt werd naar Holthuis. Alleen hij wist wie de vier verdachten waren die werden geobserveerd. Broesma sprak over de vrees van het lekken en helaas werd er dus gelekt. Zijn verklaring was in de lijn van oud-zedenrechercheur Leen de Koter die ook dit viertal noemde als verdachten in de Rolodex-onderzoek. 

Deze verklaringen waren voor Ivo Opstelten geen reden om zijn bewering bij te stellen dat Joris Demmink helemaal niet in het Rolodex-onderzoek zou voorkomen. Tja, Ivo Opstelten, ministers liegen niet. Ik en vele mensen hebben een aantal redenen om aan te nemen dat hij wel liegt. Hoe lang pikt de Tweede Kamer dit vage gebrabbel van hem? Wat mij betreft is het tijd voor een parlementaire enquête, aangezien we hier misschien te maken hebben met een affaire die de IRT-affaire evenaart en misschien nog zelfs overtreft. 

Literatuur
Van het weekend had ik trouwens nog het boek Klem in de draaideur van Ad van Liempt & Ger van Westing gelezen over de val van Arthur Docters van Leeuwen. Het boek is alleen niet zo erg makkelijk te verkrijgen. Wat mij betreft een aanrader, aangezien ik wel dingen heb geleerd over mediaspins in die tijd. Verder is dit boek een aanrader, aangezien ik ook heb gelezen hoe de overheid zich opstelde in de zaak-Lancee. Ze waren in die tijd niet echt happig op het toegeven van hun fouten. Dit is wat ik nu ook min of meer terugzie. Alleen zou ik graag wat boeken willen lezen over de IRT-affaire, aangezien ik wel de grote lijnen ken, maar niet de details. Als iemand mij wat kan aanraden, dan hoor ik het graag! 


maandag 24 maart 2014

Het getuigenverhoor en het Rolodex-onderzoek

Door het getuigenverhoor in de bodemprocedure tussen het AD, De Roestige Spijker en Joris Demmink komen er steeds meer dingen boven water. Zoals ik al eerder had gezegd bleef het mogelijke slachtoffer van Joris Demmink onder ede bij zijn verklaring dat Joris Demmink hem seksueel had misbruikt. Dit gebeurde op de eerste dag van het getuigenverhoor. Op het tweede dag van het getuigenverhoor verklaarde voormalig zedenrechercheur Leendert de Koter, die betrokken was bij het zogeheten Rolodex-onderzoek dat de rijksrecherche vier namen aanreikte. Het zou gaan om drie officieren van justitie (Wabeke, Holthuis en Wooldrik) en Joris Demmink (bron). In dit verhoor werd bevestigd dat in het Rolodex-onderzoek de telefoontaps niks opleverde omdat het er sterk op leek dat de personen op de hoogte waren dat ze werden getapt. Er werd wel een huiszoeking verricht bij professor Ger van Roon van de Vrije Universiteit, maar op een of andere manier wist van Roon dat er een huiszoeking zou komen. De politie zag namelijk dat er spullen weg waren vanwege de stofvlekken. Ook de videobanden waren volgens de Koter weg. 

De voormalig hoofdinspecteur van de politie in Amsterdam, Jaap Hoek weersprak het verhaal van Leendert de Koter op het punt dat Joris Demmink en de drie officieren van justitie werden genoemd als verdachten in het Rolodex-onderzoek. Hij bevestigde wel dat het onderzoek stuk liep toen de verdachte telefoonnummers werden getapt en de verdachten niks meer zeiden over de telefoon. Jaap Hoek wist nog wel te melden dat er in Den Haag over het onderzoek werd gepraat, maar dat het onderzoek stuk liep toen de minister werd geïnformeerd. Dit werd genoteerd door AD-journalist Koen Voskuil op zijn twitteraccount.

Op de derde dag van de getuigenverhoor werd ambtenaar Anneke Storm van 's Gravesande onder ede gehoord. Ze ontkende dat zij ooit had gezegd dat zij jonge Thaise jongens moest regelen voor Joris Demmink. Het opvallende van dit verhoor was dat ze haar advocaat had meegenomen. Waarom heb je in hemelsnaam een advocaat die wordt betaald door de overheid nodig bij een getuigenverhoor (bron)? Op BOUblog staat een mooie weergave van het getuigenverhoor van Anneke Storm van 's Gravesande. 

Op de vierde dag van het getuigenverhoor werd gevangenisdirecteur Jacques van Huet onder ede gehoord. Hij bleef bij zijn verklaring dat Anneke Storm van 's Gravesande had gezegd dat zij jonge Thaise jongens voor Joris Demmink moest regelen. Hij vertelde zo uitgebreid dat het verhoor van Bert Molenkamp werd verplaatst naar 25 maart. Het tweetal had hun verklaringen bij de notaris laten vastleggen (bron). 

Op dag vijf van het getuigenverhoor herhaalde oud-rechercheur Klaas Langendoen (bekend van de IRT-affaire en een van de weinige mensen die sneuvelde in de IRT-affaire) dat hij twee Turkse jongens had gesproken in zijn onderzoek naar de aantijgingen dat Joris Demmink zich in de jaren negentig schuldig zou hebben gemaakt aan seksueel misbruik van die twee Turkse jongens (bron). Dit onderzoek werd in opdracht van Adèle van der Plas, de raadsvrouw van Hüseyin Baybasin verricht. Joris Demmink zou door Turkije zijn gechanteerd met kennis van deze feiten. Het gevolg hiervan was dat in Nederland Hüseyin Baybasin uiteindelijk werd vervolgd en veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf in 2002 voor uitlokking tot moord. Deze veroordeling is wat mij betreft op drijfzand gebaseerd. Het is namelijk heel goed mogelijk dat het bewijsmateriaal (de telefoontaps) in die tijd gemanipuleerd konden zijn, omdat de techniek daarvoor beschikbaar was. 

Voor een beter beeld van de sfeer en omstandigheden van dit verhoor verwijs ik naar het verslag in drie delen van de aanwezige Micha Kat van Klokkenluideronline.is: hier, hier en hier

De notities bij het Rolodex-onderzoek
Zoals ik al eerder min of meer had uitgelegd was het Rolodex-onderzoek een onderzoek naar het seksuele misbruik van minderjarige jongens waar opeens de namen van topambtenaren opdoken (bron). Deze topambtenaren zouden klant zijn van de Amsterdamse pooier 'Alex'/'Karel' Maasdam (bron).  De betekenis van het woord rolodex is een draaiende kaartenbak met persoonlijke gegevens. 

Ik maakte al via Twitter al rond november 2012 reeds kennis met de notities met betrekking tot het Rolodex-onderzoek die werden gedaan door ene Richard-Carl Samson. In deze periode begon ik me steeds meer bezig te houden met de affaire Joris Demmink. In het begin was ik erg sceptisch over het document gezien de verhalen die gingen over de opsteller van het document. Hij zou een oplichter zijn, verder had hij beweerd dat hij (undercover) voor de AIVD had gewerkt en nog veel meer (bron). Verder dacht ik dat het niet onmogelijk zou zijn om het een het ander te verzamelen via diverse kanalen. Door de gebeurtenissen in de periode daarna ben ik meer gaan twijfelen. De vraag rijst dus of hij echt werkelijk de boel heeft beet genomen of dat er toch een kern van waarheid schuilt in zijn verhaal die werd opgetekend in het boek Vrouwen te koop van Maria Genova (bron).

Ik zal proberen om hier en daar wat op- en aanmerkingen maken over de namen in het document. In het bestand lopen prostituees, klanten, BN'ers en andere namen kris-kras door elkaar. 

Hans Holthuis en Jan-Wolter Wabeke komen voor op deze lijst, maar Wooldrik heb ik niet zien staan op de lijst. Is hij die rechter of officier van justitie te Arhnem? De organisatie van Maasdam zou de beschikking hebben gehad over een heuse juridisch adviseur in de vorm van Antonius B. die in eerste instantie klant was, maar later uitgroeide tot juridisch adviseur. Raphael B. van de GGD hield volgens het document toezicht, leverde condooms etc en in ruil daarvoor een 'beloning' in natura incasseerde in de vorm van jonge jongens. Er was ook mogelijk een agent die Maasdam controleerde, maar mogelijk in feite voor hele andere zaken kwam dan het uitoefenen van toezicht. Ook een rechercheur van de zedenpolitie werd genoemd in het document als iemand die zijn smeergeld kwam incasseren en om een jongen in de slaapkamer te gebruiken. 

De naam van wijlen topcrimineel Klaas Bruinsma duikt ook op. Ik weet alleen dat zijn organisatie destijds uit een aantal divisies bestond zoals de drugsdivisie, maar ook de speelhallen- en gokkastendivisie (waarin het duo John Mierenmet en Sam Klepper destijds als spic en span naam maakte). Verder weet ik van Klaas Bruinsma dat hij een bezoeker was van de Yab Yum. Volgens dit document zou de connectie via Charles Geerts lopen. Het is mij niet geheel duidelijk wat de (mogelijke) connectie zou zijn. Dit vergt meer onderzoek van mijn kant. Boris Dittrich werd genoemd in deze lijst om onduidelijke redenen, maar hij zou mogelijk weten van dit netwerk. Joris Francken werd ook genoemd op deze lijst als de ambtenaar die werd veroordeeld tot een taakstraf van 240 uur en hij werd in dit document aangeduid dat hij in de media werd verward met ene Joris D. Drie keer raden wie die Joris D. is? Natuurlijk gaat het om Joris Demmink. 

Als Joris Demmink opduikt op deze lijst, dan hebben we nog een oude bekende die opduikt op deze lijst. Het gaat om Lothar Glandorf. Die Duitser die een bordeel had in Rotterdam, jongens smokkelde vanuit Oost-Europa en diegene die in gezelschap werd gezien met Manuel Schadwald. Hij zou veel contact hebben gehad met Maasdam. Ook Frank (Francis) Leenders kwam voor in het document, maar die werd uitgemaakt voor fantast en leugenaar. In de zaak van het Anne Frankplantsoen in Eindhoven waarin Fons Spooren met de billen bloot moest, zou hij gelogen hebben en een opzet gemaakt hebben. Ook de familie Mostert werd genoemd. De chauffeur van Demmink zou onder verdachte omstandigheden zijn gestorven en veel hebben geweten van Demmink. Hij zou onder meer mee zijn gegaan naar Praag en Turkije. Ook Robbie van der Plancken duikt op de lijst. Hij werd omschreven als de connectie tussen Maasdam, België en de Apollo (waar Manuel Schadwald om het leven zou zijn gebracht). Het gezelschap zou niet compleet zijn zonder Ger van Roon die volgens de lijst een van de grote mannen was, maar dan meer op de achtergrond.

Uiteindelijk duikt de naam van Manuel Schadwald op de lijst. De notitie die in de lijst werd gemaakt was dat hij op de boot Apollo zou zijn geweest en om het leven zou zijn gebracht. Het verhaal begint smeuïger te worden, omdat hij mogelijk door zijn eigen vader, Rainer Wolf in het kinderprostitutiecircuit zou zijn gebracht. 


Uit een van de reacties uit de blog over Manuel Schadwald kreeg ik een link toegespeeld over Rainer Wolf en zijn bezigheden voor de Stasi. Uit het Duitse artikel van het dagblad Die Welt blijkt dat de Stasi zich bezig hield met het chanteren van politici uit West-Europa door middel van het aanbieden van kinderen aan die politici. De kinderen voor deze chantage werden gehaald uit de DDR. Dit werd althans beweerd door Wanja Götz alias Grigori en voormalig KGB- en Stasiagent. Volgens het artikel bestaan er documenten over deze chantage, maar vanwege de explosieve aard van deze documenten werden deze documenten achtergehouden voor het publiek. Alleen begrijp ik een ding niet in de aantekeningen van het document. Er staat dat er via Ben en Bruinsma zou zijn geregeld dat Manuel Schadwald verdween, maar Klaas Bruinsma werd al in 1991 doodgeschoten. Rainer Wolf zou hierbij onder druk zijn gezet. De levensgevaarlijke crimineel Warwick Spinks staat ook op de lijst als grote spil in dit netwerk. Hij zou samen met Lothar de transporten uit Oost-Europa regelen. Volgens de dingen die ik tot nu toe heb gelezen speelde Warwick Spinks een prominente rol in die tijd in het Amsterdamse kinderprostitutiecircuit.

dinsdag 4 maart 2014

De artikelen van de Volkskrant en de NRC: een analyse

Vorige week verschenen twee artikelen. Het eerste artikel uit de Volkskrant ging over Joris Demmink en het tweede artikel betrof een interview met de advocate van Hüseyin Baybaşin, Adèle van der Plas. Ik had niet bepaald zin om twee kranten te gaan kopen voor deze twee artikelen. Verder wilde ik ook geen geld online uitgeven voor deze twee artikelen. Tja, ik ben gierig, maar ik wist niet wat ik qua kwaliteit kon verwachten van deze artikelen. De website Het Haagse Complot heeft gelukkig wel de artikelen ingescand en online gezet, waarvoor mijn dank. Hierdoor ben ik nu in de gelegenheid om een analyse van de inhoud van deze artikelen te maken. 

Het artikel in de Volkskrant over Joris Demmink
Het artikel in de Volkskrant werd geschreven door Toine Heijmans en Elsbeth Stoker. Het artikel begint met een uiteenzetting over de (privé)persoon Joris Demmink. De echte kenner wist al het nodige over de persoon, maar toch zijn er een paar dingen die ik nog niet wist over Joris Demmink. Ik wist bijvoorbeeld niet dat hij koos voor een carrière bij de overheid omdat hij geen speelbal wilde zijn van investeerders. Verder las ik in het artikel dat hij toch boos is om de aantijgingen, maar dat hij er zakelijk mee omgaat. Als deze aantijgingen niet waar zijn, waarom heeft Joris Demmink dan niet eerder voor de aanval gekozen in de vorm van juridische procedures? Een ieder ander zou al heel snel in actie zijn gekomen om een eind te maken aan deze aantijgingen. Wat ik interessant vond is dat Joris Demmink op zijn dertigste uit de kast kwam als homoseksueel. Dat snap ik gezien de tijdsgeest toen wel, gezien de acceptatie toen van homoseksuelen.

Het Katholiek Nieuwsblad kwam er in dit artikel niet echt zo goed van af, omdat zij door de mensen uit de omgeving van Demmink worden omschreven als ultraconservatief en homofoob. Dit is een geval van op de man spelen (het Katholiek Nieuwsblad is ultraconservatief en homofoob) in plaats van op de bal te spelen (zijn de beschuldigingen aan het adres van Joris Demmink waar?). Het gaat mij helemaal niet om de geaardheid van Joris Demmink, maar om de ernstige beschuldigingen tegen hem. Iemand die een dergelijke functie bekleed moet namelijk van onbesproken gedrag zijn en ook niet chantabel zijn. Ik geef toe dat het gedachtegoed van het Katholiek Nieuwsblad mij niet erg aanspreekt, maar in de kwestie rondom Joris Demmink zijn zij een van de weinige media die uitvoerig berichten over de kwestie Joris Demmink. In het artikel wordt verder gerefereerd naar de relatie van Joris Demmink en de affaire die hij had in de jaren tachtig met een Tsjechische jongeman in de twintig. Verder werd er in het artikel ingegaan over de mogelijke persoonsverwisseling tussen die ene veroordeelde ambtenaar met de naam Joris F. en Joris Demmink die wordt geopperd door de omgeving van Joris Demmink. Als die twee journalisten die het artikel hadden geschreven hun huiswerk goed hadden gedaan, dan waren ze erachter gekomen dat in Netwerk van 20 april 1998 het ging over twee Jorissen. Joris F. was een klant van een bordeel (gerund door Henk S) in de kubuswoningen in Rotterdam waarin kinderprostitutie plaatsvond en die hoge ambtenaar van justitie die klant was van Lothar G. en aan wie werd gevraagd om een kind over de Poolse grens te smokkelen was weer een andere Joris. Even navraag doen bij Martin Froberg en Roelf van Til (de twee Netwerk-journalisten van destijds) had geen kwaad gekund. 

Tot mijn grote verrassing las ik dat oud-minister van Justitie Frits Korthals Altes het had over een fout van Joris Demmink. Die fout betrof de rol van Joris Demmink die in 1981 het welbekende rapport van majoor Koen Koenders over de Nederlandse rol bij de Sergeantencoup in Suriname verkeerd inschatte. Het rapport verdween vervolgens in een la en de minister van Defensie werd niet ingelicht over het rapport. Toch wel mooi dat dit punt wel werd opgenoemd, aangezien niet heel veel mensen weten dat Joris Demmink een cruciale rol speelde bij het in de doofpot stoppen van de Nederlandse rol bij de Sergeantencoup in Suriname. Dit is iets waar ik al een paar blogs op aan het hameren ben. 

Ik heb heel sterk de indruk dat Joris Demmink zijn naaste omgeving heeft aangestuurd voor een charmeoffensief. Het lijkt er veel op dat Joris Demmink wil laten zien voor het grote publiek wie hij in feite is. Dit artikel was gelukkig niet zo erg als de column van Lidy Nicolasen over Joris Demmink, maar ik heb toch sterk het gevoel dat het tweetal die het artikel hadden geschreven toch op een paar punten beter hun huiswerk hadden kunnen doen. De vraag is hoe sterk Joris Demmink blijkt te zijn nadat op de eerste dag van het getuigenverhoor in de zaak Roestige Spijker een getuige onder ede bij zijn verklaring cq beschuldiging blijft dat hij is misbruikt door Joris Demmink. 

Het artikel met een interview met Adèle van der Plas
In dit artikel met een interview met Adèle van der Plas zie ik toch een paar dingen terugkomen die ik best interessant vind om te noemen en die soms niet relevant zijn voor dit stuk. Ik wist bijvoorbeeld niet dat Adèle van der Plas advocate was van de groep religieuzen die ayahuasca (wat volgens de Nederlandse strafwet drugs zou zijn) voor hun religieuze rituelen gebruikte. Ik had de arresten hierover wel bij het vak Staatsrecht gelezen. In het interview wordt onder meer ingegaan op de veroordeling van Hüseyin Baybaşin tot levenslang. Naar mijn mening is deze veroordeling nogal dubieus te noemen, omdat het zeker niet valt uit te sluiten dat het bewijs niet waterdicht is. Het is mij daarom een raadsel dat hij nog in de cel zit. Als iemand tot levenslang wordt veroordeeld dan moet het bewijs waterdicht zijn. Er moet 100% zekerheid zijn dat diegene het daadwerkelijk gedaan heeft. In deze zaak zijn er sterke aanwijzingen te vinden dat er mogelijk een onschuldig iemand vastzit. Neem bijvoorbeeld de bandopnames. De technologie om er mee te rommelen was destijds gewoon aanwezig. Adèle van der Plas heeft het over de complotdenkers. Ik vind dit een heel vies woord om eerlijk te zijn. Het gaat gewoon om mensen die anders denken dan anderen. Dit wil nog niet zeggen dat alle mensen zo denken. Ik zie ook wel eens gekke theorieën naar voren worden gebracht in de zaak van Joris Demmink, maar dat wil nog niet zeggen dat ik of andere mensen daarachter als een front staan. Je kunt geen mensen op een hoop gooien. Aan de ene kant snap ik haar wel. Ze kan voor haar zaak zulke mensen als kiespijn missen. Als advocate wil zij het via de juridische weg doen. Dit duurt wel langer, maar ze speelt dan wel het spel volgens de geldende spelregels. Ik sta achter haar opvatting dat de zaak Joris Demmink (met de nadruk op goed en grondig) moet worden onderzocht, maar of dit gaat gebeuren is de grote vraag. Zal Joris Demmink ooit strafrechtelijk worden vervolgd? Ik wil verder graag weten wat de rol was van Joris Demmink in de IRT-affaire. Dit is ook een dergelijk vraagstuk die nooit tot op de bodem is uitgezocht in mijn ogen. 

zaterdag 1 maart 2014

Manuel Schadwald

Inleiding
Voor de lezers die niet weten wie Manuel Schadwald is, zal ik eerst even uitleggen wie hij is. In juli 1993 verdween de twaalfjarige Manuel Schadwald uit Berlijn. Hij woonde bij zijn moeder. Zijn ouders waren gescheiden en de Duitse politie registreerde hem als weggelopen (bron). De lezers zullen zich ongetwijfeld afvragen wat Manuel Schadwald in hemelsnaam te maken heeft met de onderwerpen die ik tot nu toe heb behandeld. Dat is heel simpel, aangezien ik al in een eerdere blog heb geschreven dat het zogeheten HIK-team (Handel In Kinderen) van de Rotterdamse politie oorspronkelijk was opgericht om Manuel Schadwald op te sporen die zeer waarschijnlijk in het kinderprostitutiecircuit van Rotterdam was beland. In deze blog wil ik graag uitgebreid ingaan op de zaak van Manuel Schadwald. 


Manuel Schadwald in de zomer van 1993 (bron (reupload door mij))

Netwerkaflevering van 21 april 1998: Deel 1 en deel 2 op YouTube
Deze aflevering begon met een politie-inval in Waalre. Deze politie-inval vond plaats op 7 februari 1992. De politie trof daar een aantal mannen aan die kinderporno aan het bekijken waren. Verder werd daar een veertienjarige jongen aangetroffen die werd gemasseerd door een volwassen man. Drie keer raden wie daar ook werd aangetroffen? Nee, geen Joris D., maar de Duitser Lothar G. Er werd bij die inval een antwoordapparaat in beslag genomen met de stem van Lothar G. erop. De stemmen werden door Netwerk aan de hand van het proces-verbaal opnieuw ingesproken. Lothar G. zat vervolgens twee maanden in voorarrest, maar door een vormfout kwam hij weer vrij. De eerste keer dat hier mogelijk sprake was van een toevalligheid? Lothar G. ging vervolgens verder met zijn activiteiten. Hij runde zoals ik al eerder had gezegd een jongensbordeel in Rotterdam onder de neus van de Rotterdamse politie. 

Netwerk ging in deze aflevering aan de hand van niet-openbare documenten, telefoontaps en andere bronnen in op het falen en achterhouden van cruciale informatie door de Rotterdamse politie in de zaak van Manuel Schadwald. Lothar G. kon ongestoord door gaan met kinderprostitutie en mensensmokkel. De zaak van Manuel Schadwald begon voor de Rotterdamse politie op een dinsdagmiddag in januari 1993 wanneer er een tipgever zich meldde bij een politiebureau in Rotterdam omdat hij een tip had over de dingen die in het pand van Lothar G. gebeurde. Hij had een vermoeden dat er dingen gebeuren met minderjarige kinderen (in zijn ogen) die het daglicht niet kunnen verdragen. In de zomer van 1993 (op 4:41 van deel 1 staat de mogelijke datum van het telexbericht: 22 juli 1993) ontving de Rotterdamse politie van hun Duitse collega's een telexbericht over de activiteiten van Lothar G. aan de Beverstraat in Rotterdam. Er werden kinderpornofilms gemaakt met minderjarige kinderen op dat adres. Het ging vooral om kinderen om Oost-Duitsland. Ondanks deze informatie startte de Rotterdamse politie geen onderzoek naar de activiteiten van Lothar G. Een jaar later kreeg de Rotterdamse politie weer een tip over Lothar G. en Henk S. Deze tip ging over dat het tweetal een escortbureau dreven waarin minderjarige jongens uit Oost-Europa werden gehaald. Op 22 mei 1994 kwam er weer een tip met dit keer een verslag van een veertienjarige jongen waarin hij beschrijft dat er aan kinderprostitutie wordt gedaan. Ik vind het erg vreemd dat de Rotterdamse politie destijds geen onderzoek had ingesteld naar aanleiding van deze tips. Het gaat toch hier om ernstige strafbare feiten. Ik vind het ook een lachertje dat de Rotterdamse politie eens in de maand langs het pand van Lothar G. reed. De zedenrechercheurs sloegen al helemaal de plank mis door de ernst van de zaak te onderschatten. Uit een getapt telefoongesprek met Lothar G. bleek dat de politie hem verwittigd had dat er een klacht tegen hem was binnengekomen en dat hij even langs moest komen. Lekker slim om hem dan indirect in te seinen dat hij het zo rustig aan moest doen. Hij kon dan mogelijke bewijzen wegmoffelen. 

In de zomer van 1994 doen twee minderjarige jongens aangifte bij de politie in Berlijn. Ze deden aangifte van hetgeen wat hen was overkomen. Ze werden onder valse voorwendselen naar Rotterdam gelokt en ze kwamen uiteindelijk te werken in het bordeel van Lothar G. in Rotterdam. De minderjarige jongens verklaarde dat er in het bordeel van Lothar G. zich een jongen bevond die in Duitsland al een jaar vermist was. Zijn naam: Manuel Schadwald. Er werd internationaal naar hem gezocht en zijn moeder verscheen zelfs bij het televisieprogramma Vermist om aandacht te vragen voor zijn vermissing. Op 5 juli 1994 deed de Duitse politie een verzoek aan de Nederlandse politie om mee te helpen om Manuel Schadwald te vinden. Verder werd weer het bordeel van Lothar G. genoemd. Nadat een Duitse hulporganisatie de noodklok luidde bij de Nederlandse autoriteiten, kwam de Rotterdamse politie pas eindelijk in actie in deze zaak. Er meldde zich weer een getuige bij de politie dat Manuel Schadwald in Rotterdam was gesignaleerd. Nadat die getuige een verklaring had afgelegd, formeerde de Rotterdamse politie het HIK-team. Het HIK-team had twee doelstellingen. De eerste doelstelling was het vinden van Manuel Schadwald en de tweede doelstelling was het oprollen van de organisatie van Lothar G. Vervolgens begon het HIK-team telefoongesprekken te tappen en observeren. Dit leidde uiteindelijk tot het oprollen van de bordelen van Henk S. en Lothar G. 

Het HIK-team faalde wel in haar doelstelling om Manuel Schadwald te vinden. Er werd gezegd dat Manuel Schadwald daar niet was aangetroffen. In de aflevering wordt gezegd dat wie de stukken bij de rechtbank had doorgekomen, mogelijk tot deze conclusie kon komen. De politiejournaals met betrekking tot deze zaak zijn door een 'technische fout' vernietigd. Iets te toevallig als je het mij vraagt. We gaan even terug in de tijd naar 19 september 1994 om 23.26. Lothar G. werd goed in de gaten gehouden door een observatieteam en zijn telefoon wordt afgetapt. Een kwartier later (rond 23.45) ziet het observatieteam dat Lothar G. met een jongen naar buiten komt. Ze liepen samen naar een shoarmatent vlakbij, waar ze ook naar binnen gingen. In die shoarmatent zaten al drie Poolse jongens die naar Nederland waren gesmokkeld. De Rotterdamse politie ontkende dat zij Manuel Schadwald hadden gezien, maar het journaal van de politie zei dat het juist wel ging om Manuel Schadwald. In het HIK-Journaal (te zien op 17:47 van deel 1) stond juist dat het observatieteam Manuel Schadwald juist wel herkende als een van de jongens die met Lothar G. was. De Rotterdamse politie ontkende dit juist omdat Manuel Schadwald een 'algemeen' uiterlijk had voor jongens in dat circuit. Dit is in tegenspraak met het standpunt van het observatieteam die overtuigd was dat het wel degelijk ging om Manuel Schadwald. Drie observanten hadden namelijk Manuel Schadwald herkend. Het observatieteam kwam vervolgens voor het dilemma om Manuel Schadwald op te pakken en zodoende het onderzoek naar Lothar G., Henk S. en hun klanten in gevaar te brengen of Manuel te laten lopen om het onderzoek niet in gevaar te brengen. In de regel is het zo dat er moet worden ingegrepen wanneer er een reëel gevaar bestaat dat er iemand iets zal overkomen. 

Het observatieteam wist niet hoe te handelen, dus ze probeerde iemand van het rechercheteam te pakken te krijgen, maar dit lukte ook niet. Verdere instructies over hoe te handelen wanneer Manuel Schadwald zou worden aangetroffen waren er niet. Het observatieteam besloot uiteindelijk om hem te laten lopen, met mogelijke fatale gevolgen. Niemand heeft ooit meer wat van hem vernomen. In het journaal van de politie stond verder niks over het feit dat de observanten Manuel Schadwald hadden herkend. Weer iets te toevallig als je het mij vraagt. Hun Duitse collega's en de ouders van Manuel werden lekker op de hoogte gehouden over het feit dat Manuel in Rotterdam of in Amsterdam was gezien. Uiteindelijk vertrok een dag later nadat de observanten Manuel Schadwald hadden gezien in het gezelschap van Lothar G. een auto met drie Poolse jongens en een andere jongen met bestemming Düsseldorf. 




Manuel Schadwald in Amsterdam geweest?
In een documentaire (Frans gesproken en Nederlands ondertiteld) op YouTube over Internationaal Kindermisbruik over de zaak-Zandvoort overhandigde op een gegeven moment een handelaar in kinderporno een cassette aan Marcel Vervloesem van de Werkgroep Morkhoven. Deze cassette heette 'Madeira'. Bij deze cassette zat als 'bijvangst' wat andere cassettes met kinderporno. Op een van die cassettes werd Manuel Schadwald herkend door een Rotterdamse politieagent (vanaf 28.51 in de documentaire). De beelden in deze fase van de documentaire zijn afkomstig van het actualiteitenprogramma Nova. 

In de documentaire wordt op een gegeven moment gezegd dat men dingen heeft ontdekt die voor de moeder van Manuel moeilijk te bevatten zijn, omdat die dingen nogal complex in elkaar zaten (30.40 van de documentaire). Het gerucht ging dat Manuel voor zijn verdwijning een paar keer werd gezien bij de Bahnhoff Zoo in Berlijn. Dit was een plek waar jongens zich prostitueerde. De zelfhulpvereniging 'Mann O Meter' kreeg een jaar naar de verdwijning een telefoontje. De beller wilde anoniem blijven en de beller vertelde dat de kleine Manuel uit Berlijn in Amsterdam was gestorven. Vervolgens werd er een signalement gegeven van een man tussen de 45 en de 50 jaar met een lengte van 1.80, grijs krullend haar en een snor. 

Verder in de documentaire wordt er een stuk gewezen met Marcel Vervloesem en Robbie van der Plancken. Het was Marcel Vervloesem van de Werkgroep Morkhoven gelukt om in het netwerk door te dringen en de nodige feiten te verzamelen. Dit zorgde ervoor dat Robbie van der Plancken in actie kwam. Dit resulteerde in een ontmoeting op 4 juni 1998 in Amsterdam. Deze ontmoeting werd opgenomen voor de camera. Marcel Vervloesem stelde Robbie van der Plancken vragen over Manuel Schadwald (vanaf 40.01 van de documentaire). Robbie van der Plancken geeft toe dat hij Manuel vanaf 1993 kent. Hij had hem ontmoet in Berlijn. Robbie stelt in het gesprek dat Manuel Schadwald niet was ontvoerd. Hij vertelde dat Manuel niet bepaald blij was en dat het gezelschap (wat andere jongens en de onvermijdelijke Lothar G.) naar Hamburg ging. Robbie gaf in dit gesprek toe dat de jongens werden geronseld voor de kinderprostitutie. Volgens Robbie van der Plancken ging Manuel van Berlijn naar Hamburg om vervolgens in Rotterdam te belanden. Op de vraag of Manuel nog leeft gaf Robbie van der Plancken een omslachtig antwoord. Eerst wil hij de vraag ontwijken, maar later vertelt hij dat Manuel mogelijk zou leven (vanaf 49.10 van de documentaire). 




Die Welt
In de Duitse dagblad Die Welt verscheen een artikel over Marc Dutroux. Voordat ik het artikel ga bespreken, wil ik even zeggen dat mijn Duits niet zo goed is. Mocht ik een fout maken in de vertaling, dan kunnen jullie dit zeggen zodat ik de fout(en) eruit haal. Het artikel ging over Marc Dutroux die een onderdeel zou zijn van een Europees netwerk van kinderhandel en kinderprostitutie. Het artikel leek niet te gaan over Manuel Schadwald, maar via Robbie van der Plancken die een schakel in het netwerk vormde omdat hij in Berlijn jonge jongens lokte om vervolgens die jonge jongens te laten werken in die bordelen in Rotterdam en Amsterdam is de schakel wel te vinden. Er schijnt volgens het artikel een film te zijn waarop Manuel Schadwald tijdens het schieten van een kinderpornofilm sterft. Dit is een zogeheten snuff-movie. Volgens de getuige stierf Manuel Schadwald in een bungalow in de omgeving van Amsterdam door verstikking en hij werd daarna door zijn hoofd geschoten (bron). 

Het eind van het artikel in het Duitse dagblad Die Welt ging in op de rol van de Nederlandse politie in de zaak van Manuel Schadwald. Het onderzoek naar de verdwijning van Manuel Schadwald werd in 1995 gestopt. De Amsterdamse politie waarschuwde hun Berlijnse collega's om hun onderzoeksactiviteiten te staken naar de verdwijning van Manuel Schadwald omdat dit tot niks zou leiden. Men moest ook verklaren om niks te zeggen over deze zaak. Tenslotte werd er aan toegevoegd dat deze zaak onder een slechte gesternte zou vallen (bron en bron).

Aandacht voor de zaak
In de jaren die daarop volgde kreeg de zaak nog wel de nodige aandacht. Onder meer Jan Poot besteedde in 2011 aandacht aan de zaak door middel van een geplaatste advertentie in het Haarlems Dagblad (bron). In zijn advertentie die vooral ging over Joris Demmink stond dat een bron aan hem in 2009 had gezegd dat er een groot pedofielennetwerk in Den Haag zou zijn. Niet alleen Joris Demmink werd genoemd, maar ook meer topambtenaren en politici. In de advertentie stond verder dat het niet alleen ging om een netwerk in Den Haag, maar dat het netwerk zich uitstrekte over Europa met Amsterdam. Dit werd althans beweerd door het al reeds genoemde dagblad Die Welt en haar ochtend-dagblad Der Berliner Morgenpost. 

De geplaatste advertentie werd smeuïger doordat Jan Poot vertelde in de advertentie dat hij in augustus 2010 een brief had gekregen van een zekere niet-anonieme getuige die zichzelf beschikbaar stelde voor commentaar en feitelijke onjuistheden met betrekking tot het dossier. De meest zorgwekkende mededeling van die getuige ging over Manuel Schadwald. Manuel Schadwald was vermoord aan boord van het jacht Apollo en ene Joris Demmink zou daar bij aanwezig zijn geweest. Dit werd ook later gezegd door Marcel Vervloesem (bron). Er werd de vraag gesteld hoe deze getuige dit nou zo zeker wist. De getuige stelde dat hij in opdracht van de BVD was geïnfiltreerd in de betreffende pedofielen-bende via onder meer Stichting De Maasdam. Manuel Schadwald zou vervolgens in een zak met verzwaarde stenen in het IJsselmeer zijn gegooid. Wat zou hier van waar zijn?

De Werkgroep Morkhoven is al een hele tijd bezig met de zaak van Manuel Schadwald. Een van de laatste dingen die vielen te melden omtrent deze zaak is dat de Werkgroep Morkhoven de documenten van Manuel Schadwald hadden gevonden. Verder werden naast die documenten ook de schooltas van Manuel Schadwald en een brief van Manuel gevonden. Dit werd volgens de Werkgroep Morkhoven op een Nederlandse locatie gevonden (bron). 

Slot
Het is een heel lang stuk geworden over Manuel Schadwald. De optimist in mij hoopt dat hij nog in leven is, maar ik moet realistisch zijn en erkennen dat de kans zeer groot is dat hij niet meer leeft. Ik heb in dit stuk meer indirect mijn visie gegeven op de zaak Manuel Schadwald. Hier zal ik nu meer inzoomen op het handelen van de Nederlandse politie (meer in het bijzonder de Rotterdamse politie).

Ik zou eigenlijk wel willen weten door welke vormfout Lothar G. in 1992 na twee maanden voorarrest op vrije voeten kwam. Dat is mij niet duidelijk geworden. Wat mij zeker zorgen baart was het optreden (of het niet-optreden) van de Rotterdamse politie. De Rotterdamse politie kreeg concrete tips over het doen en nalaten van Lothar G. Het lijkt me duidelijk dat hier wel zeker sprake was van tenminste een redelijk vermoeden van een ernstig misdrijf. Verder vind ik het erg opmerkelijk dat ze Lothar G. hadden verwittigd dat iemand een klacht had over hem en dat hij het zo even 'rustig' aan kon doen met zijn activiteiten. De Rotterdamse politie kwam pas eindelijk in actie toen een Duitse hulporganisatie de noodklok luidde. 

Het HIK-Team had duidelijk gefaald met betrekking tot een van haar doelstellingen: het terugvinden van Manuel Schadwald. Dat de politiejournaals waren vernietigd door een 'technische fout', zet ik mijn vraagtekens bij. Als je het mij zou vragen, dan zou dit een goede truc zijn om de Duitse politie ervan te overtuigen dat Manuel Schadwald helemaal daar niet was. De vraag is dan waarom. De Rotterdamse politie ontkende in de aflevering van Netwerk dat het observatieteam Manuel Schadwald had gezien, maar het HIK-journaal sprak juist wel van het feit dat Manuel Schadwald was gezien door het observatieteam. Het is natuurlijk amateurisme van de bovenste plank dat er geen scenario's klaarstonden voor het geval dat Manuel Schadwald zou worden gezien. Verder was het nogal knullig dat er niemand te bereiken was bij het rechercheteam toen het observatieteam ze nodig had. Verder heb ik geen goed woord over voor het mogelijke optreden van de Amsterdamse politie die hun Berlijnse collega's zeer waarschijnlijk waarschuwde dat de zaak Manuel Schadwald onder een slechte gesternte zou vallen. Had de politie orders van hogerhand gekregen?

maandag 3 februari 2014

Joris Demmink en Suriname III: met recente ontwikkelingen

Inleiding
Er is redelijk wat tijd voorbij gegaan voordat ik weer een blog in elkaar kon knutselen. In die tijd heb ik niet echt stil gezeten. Ik had namelijk een Wob (Wet openbaarheid van bestuur)-verzoek ingediend bij het Ministerie van Defensie met onder meer vragen die over Joris Demmink gingen. Deze vragen waren specifiek gericht op zijn tijd bij Defensie, maar uiteraard heb ik ook een enkele vraag gesteld die niet ging over Joris Demmink. Ik heb bijvoorbeeld een vraag gesteld over eventuele militaire samenwerking tussen Nederland en Suriname in de periode van november 1975 t/m november 1992. Inmiddels heb ik antwoord gehad op mijn Wob-verzoek en ik kan inmiddels vertellen dat ik op een paar vragen geen antwoord heb gekregen omdat de informatie niet aangetroffen was en omdat de opgevraagde informatie onder de uitzonderingsgronden viel van art. 10 Wob. Bij een van de antwoorden viel mij iets op. Het gegeven antwoord op een van de vragen heeft namelijk betrekking op mijn eerste blog van Joris Demmink en Suriname. In deze blog zal ik eerst mijn gestelde vragen voor de duidelijkheid op een rijtje zetten. Daarna zal ik de antwoorden van de vragen weergeven. Hierna zal ik even bij een van de vragen wat langer stil staan, omdat ik wat zaken op een rijtje moet zetten. Tenslotte wil ik even van de gelegenheid gebruik maken om mijn visie op de recente ontwikkelingen in de affaire Joris Demmink in deze kwestie te geven.

De vragen van mijn Wob-verzoek
In het kader van een onderzoek naar de militaire betrokkenheid van Nederland in Suriname in de periode van november 1975 t/m november 1992 verzoek ik u om een aantal documenten te openbaren die betrekking hebben op de volgende zaken:
1. een overzicht van de eventuele gemaakte dienstreizen van het toenmalige hoofd directie Juridische Zaken afdeling Wetgeving en Publieke zaken, mr. J. Demmink die destijds de functie van Suriname-coördinator had;
2. een document met het functieprofiel van het hoofd directie Juridische Zaken afdeling Wetgeving en Publieke zaken plus een omschrijving van de taken van de functie van Suriname-coördinator;
3. informatie over de reden(en) waarom mr. J. Demmink vertrok of moest vertrekken bij het Ministerie van Defensie in 1982; 
4. informatie over militaire samenwerking tussen Nederland en Suriname in de periode van november 1975 t/m november 1992 (meer specifiek de periode tussen 1 januari 1980 t/m 8 december 1982) en nog meer specifiek informatie over eventuele militaire trainingen en wapentransacties tussen Nederland en Suriname.

De antwoorden op de vragen in mijn Wob-verzoek
Op mijn eerste vraag heb ik geen antwoord gekregen omdat dit valt onder een van de uitzonderingsgronden van art. 10 Wob. Op mijn tweede vraag kreeg ik geen antwoord, omdat het functieprofiel na al die jaren niet te vinden was en omdat zijn toenmalige functie inmiddels was opgegaan in een andere functie. De functie bestaat dus al een hele tijd niet meer. 

Het antwoord op mijn derde vraag was een soort van ja en nee antwoord. Ik kreeg geen antwoord op de precieze reden(en) waarom Joris Demmink vertrok of moest vertrekken bij het Ministerie van Defensie in 1982, omdat dit uiteraard weer viel onder een van de uitzonderingsgronden van art.10 Wob. Je zou denken dat dit een definitief antwoord was op mijn vraag. Tot mijn verbazing las ik de volgende zin in het antwoord op mijn Wob-verzoek: "Wel kan ik u mededelen dat de heer Demmink vrijwillig het ministerie heeft verlaten om elders succesvol zijn carrière te vervolgen." Dit is namelijk in tegenspraak met mijn blog over Joris Demmink en Suriname, waarin er juist een CRI-bron had gezegd dat Demmink bij het Ministerie van Defensie moest vertrekken vanwege zijn rol bij de coup van Desi Bouterse en een mogelijke seksuele relatie met een Surinaamse militair.

Ik pak even de belangrijkste quote in dit verband erbij van Kleintje Muurkrant van de serie Cold Turkey 13: "Volgens onze CRI-bron zou de aanleiding tot het naar het naar buiten dragen van Joris bij Defensie van seksuele aard zijn geweest. Joris zou namelijk een bloeiende relatie hebben onderhouden met een jonge Surinaamse militair uit het Bouta-team, dat in 1982 verantwoordelijk was voor de Decembermoorden." (Bron: Kleintje Muurkrant, zoeken op Bouterse, Demmink). Ik heb in de quote een foutje rechtgezet. Het ging niet om de Septembermoorden, maar om de Decembermoorden. Je zou kunnen zeggen dat ik nogal overenthousiast was toen ik het Wob-verzoek in elkaar zette, maar eigenlijk is dit meer waarop ik eigenlijk had gehoopt. Ik wist voordat ik het Wob-verzoek verstuurde dat ik niet bijvoorbeeld het rapport van majoor Koen Koenders zou kunnen inzien. Daarom heb ik me meer geconcentreerd op subvragen en eventuele bijvangst. 

Zoals ik het hier breng verschilt de lezing van het Ministerie van Defensie met de lezing van de CRI-bron. Het Ministerie van Defensie stelt dat Joris Demmink vrijwillig vertrok bij Defensie, maar de CRI-bron stelt daarentegen dat Joris Demmink min of meer moest vertrekken bij Defensie. Dit is een punt die eigenlijk nader moet worden onderzocht, aangezien er hier sprake is van verklaringen die elkaar tegenspreken.

Tenslotte heb ik op mijn vierde vraag wel een positief antwoord gekregen doordat ik de gevonden stukken mocht inzien. Het waren nogal oude stukken (waaronder een handgeschreven briefje van kolonel van Tussenbroek met het verzoek om wapens voor de Surinaamse strijdkrachten). Die wapens werden verrekend met het ontwikkelingsgeld. Toen ik die stukken ging doornemen werd ik meegezogen in de tijd terug. Ik vond wel een aantal stukken waarin de naam van Joris Demmink in werd vermeld. Ik vond bijvoorbeeld op een paar stukken handgeschreven dat er een kopie moest worden gegeven aan dhr. Demmink. De meest belangrijke ontdekking die ik heb gedaan was toch dat Joris Demmink in 1980 en 1981 meerdere keren in Suriname was geweest. Als ik het mij goed kan herinneren was Joris Demmink in september 1980 in Suriname, omdat het vorige bezoek een aantal maanden daarvoor 1980 moest worden afgebroken door bepaalde gebeurtenissen in Suriname. Verder las ik in een verslag dat er gewacht moest worden op Joris Demmink en zijn collega omdat ze in Suriname zaten. Dit was volgens mij in juni 1981. Uiteraard was Joris Demmink daar uit hoofde van zijn functie. Door het doornemen van deze stukken heb ik de bevestiging gekregen dat Joris Demmink uit hoofde van zijn functie meerdere malen in Suriname is geweest. Ik hoop dat ik nog meer informatie kan vinden of kan krijgen van de lezers van deze blog over wat Joris Demmink wel of niet heeft uitgespookt in die periode tot december 1982 in Suriname. Wie informatie heeft over Joris Demmink en Suriname kan het contactformulier invullen die ik heb toegevoegd. Uw informatie zal dan vertrouwelijk worden behandeld na verificatie. Reacties op mijn blog heb ik na wat geklungel weer voor iedereen toegankelijk kunnen maken. 

Ik heb lang getwijfeld wat ik moest doen met de brieven die ik heb gekregen naar aanleiding van mijn Wob-verzoek, maar ik gooi de brieven en mijn Wob-verzoek geanonimiseerd online. 

Hier, hier, hier en hier te vinden. 


Recente ontwikkelingen
Op 21 januari 2014 werd bekend dat het Hof Arnhem had bepaald dat Joris Demmink moet worden vervolgd op verdenking van verkrachting van twee Turkse jongens. Om eerlijk te zijn had ik dit niet meer verwacht. Ik dacht meer dat het Hof Arnhem meer de zaak zou afdoen met een dooddoener omdat de feiten zouden zijn verjaard en de verklaringen van de Turkse jongens zouden niet consistent genoeg zijn geweest . De vraag is natuurlijk of het tot een daadwerkelijke vervolging van Joris Demmink gaat komen. Ik ben geneigd om te denken van niet omdat de zaken nogal ingewikkeld liggen. Welke rechtbank gaat zich bijvoorbeeld oordelen over deze zaak? Dit komt omdat Joris Demmink veel rechters en medewerkers kent. Dit kan belangenverstrengeling opleveren. Verder zou het best zo kunnen zijn dat het Openbaar Ministerie Joris Demmink helemaal niet wil vervolgen.

Na deze spectaculaire ontwikkeling vielen de media massaal over elkaar heen. Frits Wester bleek bij Knevel en van den Brink een heuse Demmink-expert. Ik moest mijn lachen hier inhouden, aangezien RTL jarenlang aan de zijlijn heeft toegekeken net als bijvoorbeeld de NRC. Het zou goed kunnen dat ik later hier op terug ga komen, maar dan met een blog over de rol van de media en bepaalde personen in deze affaire. Dan vergeet ik nog Henk Krol die bij het televisieprogramma Eén op Eén wat pikante onthullingen deed over Joris Demmink en de hele mikmak erom heen. Hij heeft de kwestie drie keer proberen aan te kaarten bij minister Opstelten, maar hij werd afgehouden en later afgewimpeld vanwege een aanklacht voor het hacken van een computer (iets te toevallig als je het mij vraagt). Verder ging hij in op het gebeuren met Gay Krant en Panorama waarin een artikel werd geschreven over een zekere topambtenaar van Justitie die in een zeker plantsoen in Eindhoven kwam. Henk Krol zei dat hij geen zekerheid had dat Joris Demmink seks had met minderjarigen, maar hij gaf wel aan dat zijn bronnen afkomstig waren van het ministerie van Justitie. Het waren topambtenaren. Verder onthulde hij dat Joris Demmink een vriendje had die kinderporno maakte. Hij doelt daarbij op Libor Čtvrtlík.


zaterdag 16 november 2013

De column van Lidy Nicolasen (Volkskrant) over Joris Demmink

Inleiding
Van de week verscheen online een column van Lidy Nicolasen in de Volkskrant (bron). Dit was niet zomaar een column, omdat het ging over Joris Demmink. Dit was een reden voor mij om deze column eens grondig door te lezen. Wat ik in die column las was voor mij een reden om een blog aan deze column te wijden, omdat ik een aantal punten uit haar column nader wil bekijken en waar nodig weerleggen. 

Complotdenkers
In haar column ging zij onder meer in op de complotdenkers die Joris Demmink van alles en nog wat aanrekenen. Ik moet toegeven dat de naam van Joris Demmink bij vele zaken wordt genoemd op dit moment en dat de gronden daarvoor in een aantal gevallen ver gezocht zijn. Ik ben wel oneens dat zij diegene die Joris Demmink beschuldigen van allerlei (strafbare) feiten in het hokje van complotdenkers durft te drukken. De beschuldigingen komen onder meer van Hilbrand Nawijn (bron). Fred de Brouwer van Panorama kreeg de volgende quote van Nawijn:" En waarschuwt mij meerdere keren voor snoeiharde represailles. “Deze man gaat over lijken als zijn positie in gevaar komt. Hij doet er echt alles aan om zijn macht te behouden. Hij is geslepen. Let maar goed op: jij zou de eerste niet zijn wiens remleidingen plotseling blijken doorgeroest. Moord gebeurt in ons land ook." (bron). Het opmerkelijke was wel dat Nawijn wel naar de afscheidsreceptie van Demmink was geweest. Wat Lidy Nicolasen verder over het hoofd heeft gezien is dat Joris Demmink in 2009 in opspraak kwam omdat hij te veel zou declareren. Dit kwam naar voren door middel van een Wob-verzoek (bron). Verder zou hij zijn declaraties niet schriftelijk onderbouwen. Daarnaast zijn er Kamervragen gesteld door onder meer Pieter Omtzigt en Peter Oskam van het CDA over Joris Demmink. De zaak heeft zelfs in het buitenland aandacht gekregen.

Weglaten van informatie: bewust of onbewust? 
"Demmink is geboren in Hilversum. Hij studeerde rechten in Leiden. In 1982 kreeg hij zijn eerste baan op het ministerie van Justitie in Den Haag. Een jaar geleden ging hij met pensioen, na een glanzende ambtelijke carrière die hem bracht op de hoogste stoel van het departement: secretaris-generaal van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Hij versleet een vijftal ministers, onder wie CDA'ers als Piet Hein Donner en Ernst Hirsch Ballin." (bron)

Wat valt aan het bovenstaande stuk op? Er wordt niet ingegaan op de tijd van Joris Demmink bij het ministerie van Defensie. Dit is erg opvallend, want de meeste lezers van haar column zullen denk ik niet weten hoe Joris Demmink bij het ministerie van Justitie is beland nadat hij in zijn tijd bij Defensie als Suriname-coördinator het rapport van Majoor Koen Koenders tot staatsgeheim had verklaard terwijl het rapport volgens hem een opsomming was van geruchten. Als Lidy zo goed was geïnformeerd, dan had ze meteen kunnen uitzoeken waarom Joris Demmink weg moest bij Defensie. Nu lijkt ze te suggereren dat Joris Demmink vanuit de studiebanken bij het ministerie van Justitie ging werken. Op zijn CV staat toch echt dat hij een aantal jaar bij het ministerie van Defensie had gewerkt (bron). Heeft Lidy haar huiswerk slecht gedaan of heeft ze dit met opzet weggelaten? 

Geen bewijs tegen Joris Demmink
Ook Lidy Nicolasen slaat hier de plank mis net als ene Peter R. de Vries in zijn tweet (bron). Ook zij praat over dat er geen bewijs is. Ze zegt zelf: "Nooit heeft ook maar iemand een snipper van een belastend feit ontdekt, alle beweringen ten spijt." (bron). Daar gaat het niet om. Het gaat er om dat er genoeg feiten en omstandigheden zijn in de zin van art. 27 Sv om Joris Demmink als verdachte aan te merken. In mijn ogen zijn die er voldoende zoals ik hier aangaf.  Dit betekent dat er een serieus onderzoek moet komen naar de beschuldigingen rondom Joris Demmink.

donderdag 17 oktober 2013

Mischa Wladimiroff, de strafadvocaat van Joris Demmink

Het heikele avontuur van Spong in Suriname
Maandag was ik een aantal uur niet online en tot mijn verbazing las ik eerst in mijn mailbox een mailtje van Meld Demmink met het volgende krantenbericht en een boodschap dat het druk was op Twitter:


Eerst dacht ik dat er niet zo veel aan de hand was, maar in het geelgedrukte stukje kwam al snel naar voren dat Gerard Spong een van de advocaten was van Badrissein Sital en dat Mischa Wladimiroff als kantoorgenoot van Spong hem kon redden van een mogelijk langdurig gevangenschap door met succes protest aan te tekenen bij de Nederlandse ambassadeur, bij Bouterse en Andre Haakmat. Sital werd door de regering Arron samen met Ramon Abrahams en Laurens Neede in de gevangenis gegooid omdat de regering-Arron destijds tegen vakbonden was voor militairen. Dit was een aanleiding voor Bouterse om zijn Sergeantencoup op 25 februari 1980 te plegen (bron). Bij de Sergeantencoup werd het drietal vrijgelaten door de autoriteiten in het politiebureau om met de militairen te gaan onderhandelen over een staakt het vuren.

Na de Sergeantencoup werd de Nationale Militaire Raad in Suriname ingesteld. In die Militaire Raad zaten onder meer Desi Bouterse, Roy Horb, Badrissein Sital, Stanley Joemman en Chas Mijnals. In het begin was de koers van de Nationale Militaire Raad gematigd te noemen, maar in de maanden die volgden begon de linkervleugel die bestond uit Sital, Joemman en Mijnals zich te roeren binnen de Nationale Militaire Raad. In augustus 1980 werd het drietal door Bouterse in de gevangenis gegooid vanwege het beramen van een linkse coup. Het drietal werd uiteindelijk veroordeeld tot gevangenisstraffen van twee jaar. Bouterse bezocht Sital echter veelvuldig in zijn cel en hij begon sympathie te krijgen voor de ideeën van Sital. Het drietal werd hierop twee maanden later vrijgelaten. Deze periode markeerde de overgang van een gematigde koers naar een wat meer extreem linkse koers.

Mischa Wladimiroff, de strafadvocaat van Joris Demmink
Toen ik op Twitter verder ging zoeken las ik via een link van de website Crimesite dat Mischa Wladimiroff de strafadvocaat is van Joris Demmink (bron). Dit blijkt uit navraag bij het gerechtshof te Arnhem. Deze week dient namelijk de artikel 12-procedure (klachtprocedure) van de twee Turkse jongens die claimen dat ze zijn misbruikt door Demmink. Ze willen dat hij wordt vervolgd voor het misbruik. Het saillante detail hiervan is dat Wladimiroff als lid van de Toegangscommissie afgesloten strafzaken (TCEAS) onder leiding van Buruma zich tegen de herziening van de zaak Baybasin opstelde. Het verhaal wordt nog smeuïger omdat Wladimiroff volgens Baybasin in 1999 voor een half jaar zijn advocaat was (bron). Dit zou best eens kunnen betekenen dat Wladimiroff van bepaalde zaken op de hoogte was. Klaas Langendoen, die voor de advocate van Baybasin, Adele van der Plas onderzoek deed in Turkije vertelde dat Wladimiroff een reis die hij zou maken met Buruma en zijn adviseur Bas Jacobs om de waarheid in de zaak Baybasin boven tafel te krijgen geblokkeerd werd door Wladimiroff. Hij vind het ongelofelijk dat Wladimiroff de strafadvocaat is van Demmink en dat hij achteraf nu wel begrijpt waarom die reis niet was doorgegaan. Het lijkt mij tijd dat er alles uit de kast wordt gehaald om de waarheid in deze kwestie te achterhalen. Wladimiroff reageerde tegenover Crimesite als volgt:  'Ik kan u slechts slechts berichten dat ik als lid van de TCEAS geen enkele inhoudelijke bemoeienis heb gehad met de aan de heer Demmink gemaakte verwijten die thans in de beklagprocedure aan de orde zijn en dat er met hem geen contact is geweest. In het verleden heeft de heer Baybasin mij ooit als raadsman gevraagd zonder dat dit tot een inhoudelijke bemoeienis heeft geleid.' (bron)  

Vragen, vragen en nog eens vragen

Waar kennen Demmink en Wladimiroff elkaar van? Kennen ze elkaar van mogelijk van de studie Rechtsgeleerdheid aan de universiteit van Leiden (bron en bron)? Is het goed mogelijk dat ze elkaar mogelijk kunnen kennen van de gebeurtenis in het krantenartikel? Waarom heeft Joris Demmink juist gekozen voor Wladimiroff als strafadvocaat terwijl er zat goede advocaten zijn die niet benaderd waren door Baybasin? Wie betaalt eigenlijk Wladimiroff? Betaalt Demmink hem zelf of draait de Nederlandse Staat en dus de burger op voor de kosten van Waldimiroff?


woensdag 11 september 2013

De documenten rondom de Nederlandse Militaire Missie in Suriname

De documenten rondom de Nederlandse Militaire Missie in Suriname
Joris Demmink kreeg het in de jaren 80 het voor elkaar om het rapport van de Nederlandse Militaire Missie in Suriname tot staatsgeheim te verklaren. Wat veel Nederlanders niet weten is dat het rapport rondom de Nederlandse Militaire Missie ter vertrouwelijke inzage in de bibliotheek lag voor de Tweede Kamerleden. Dit blijkt uit de gestelde Kamervragen door SP-Kamerlid Harry van Bommel die zijn beantwoord zijn door de toenmalige minister van Middelkoop van Defensie en minister Verhagen van Buitenlandse Zaken (bron). Uit de beantwoording van de Kamervragen blijkt echter dat het betreffende stuk een paar jaar voor de gestelde Kamervragen in 2009 is afgevoerd van de lijst. Een interessant gegeven is echter dan Hans Valk na 25 februari 1980 contacten onderhield met de groep die de staatsgreep had gepleegd. Hij werd pas in juni 1980 overgeplaatst. Wat in mijn ogen opvallend is, is dat er een vaag antwoord wordt gegeven op vraag vijf in het betreffende verslag. De vraag ging over of alle relevante documenten inclusief het rapport van de Landmacht Inlichtingendiensten ter beschikking waren voor het proces van de decembermoorden. Er volgde hierop een redelijk vaag antwoord op doordat de staatsgreep op 25 februari 1980 plaatsvond, de Nederlandse Militaire Missie in Suriname werd opgeheven in 1981 en de decembermoorden vonden plaats in december 1982. Dit is in mijn ogen een vaag antwoord, omdat er niet duidelijk wordt aangegeven waarom die documenten niet relevant zouden zijn voor het proces van de decembermoorden. Wil de Nederlandse staat hiermee haar rol als katalysator van de gebeurtenissen in Suriname proberen te verhullen? Ik zie de mogelijke betrokkenheid bij de coup in 1980 van Nederland als een oorzaak. De gevolgen zijn de gebeurtenissen na de coup van 1980.

Staatsgeheim
In april 2011 berichte een blog al over dat het dossier van de Nederlandse Militaire Missie tot 2060 achter slot en grendel blijft (bron). Helaas beschikte deze blog niet over het bericht in de Staatscourant. Ik heb wel de betreffende Staatscourant boven water te weten halen (bron). Uit de Staatscourant blijkt dat het dossier tot staatsgeheim is verklaard vanwege het belang van de Staat of haar bondgenoten. Dat is in mijn ogen vage borrelpraat omdat de Nederlandse Staat in feite hiermee haar mogelijke betrokkenheid in Suriname probeert te verhullen. Ik kan me niet voorstellen dat Suriname een belang zou hebben om deze documenten tot staatsgeheim te verklaren. De Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken, Winston Lackin noemde het opvallend dat Nederland het dossier tot 2060 had laten bevriezen (bron). Hierbij sluit ik me aan. Dit gedrag van de Nederlandse Staat voedt mijn vermoeden dat Nederland meer heeft uitgespookt dan het wil toegeven. Verder vind ik het opvallend dat de media pas in 2012 erachter kwamen dat Nederland het dossier tot 2060 had laten bevriezen. Nou weet ik dat de Staatscourant niet de meest toegankelijke medium is, maar het blijft wel overeind staan dat de media aan het slapen waren.